Coöperatief leren: meetkunde en meten

Coöperatieve werkvormen meetkunde

Coöperatieve werkvormen ‘meten’:
Digitaal naar analoog 3

Tijd in beeld
Maanden
Digitaal naar analoog 2
Digitaal naar analoog 2
Geboortedata
Analoge klok
Digitale tijd
Kalender
Rekenen met tijd

Coöperatief leren: Getallen

Op zoek naar enkele coöperatieve werkvormen rond getallenkennis te werken?

Ordenen

Telrij 2

Uitspreken

Telrij

Buurgetallen

Structuur

Honderdtallen

Positiewaarde

Honderdtal

Positiewaarde 2

Voer de pietendiscussie eens… in je klas!

Afgelopen weekend kwam de Sint aan en werd er (wééral) duchtig gediscussieerd over het feit of bij ‘zwarte piet’ sprake is van racisme. De leerlingen van het 5de en 6de leerjaar worden ook geconfronteerd met deze uitspraken op televisie. Waarom niet eens dé discussie in de klas voeren?

achtergrondinfo pietenpact

Verdeel de klasgroep in twee groepen. Een “pro” en een “contra” groep.
Laat de leerlingen zich per groep nog eens opdelen in groepjes van maximaal 4 personen. De leerlingen gaan per groepje allereerst zelf enkele standpunten bedenken waarom ze ‘voor’ of ’tegen’ het pietenpact kunnen zijn.

Daarnaast kunnen de leerlingen ook zeker op het internet op zoek gaan naar extra opinies, meningen.
Héél belangrijk is dat je als leerkracht de “pro” groep ook even laat nadenken over verschillende redenen waarom mensen “tegen” kunnen zijn èn omgekeerd!

Daarna kan de discussie gevoerd worden (in 2 of meerdere rondes) waarbij de leerlingen oog en oor hebben naar hun klasgenoten (hoe reageerde die persoon,…), dit kan door een observatiewijzer op te stellen voor de “non-actieve” leerlingen tijdens de discussie, zodat ze de sprekende leerlingen kunnen observeren.

Eindigen doen we door een eigen mening te vormen over het pietenpact en deze goed te laten verwoorden.

LET OP: Neem geen “moraliserende” rol op en laat leerlingen ècht ventileren. Ieders mening moet gerespecteerd worden. Maak ook duidelijk dat de discussie “virtueel” is en dat de eigen mening van het grootste belang is.

pietenpact

Maak je eigen flipboek!

diy-funny-face-flip-book

Regie nemen voor je eigen leerproces

Ook bij mij op school zetten we in op zelfonderzoekend leren, maar ook op zelfsturing. Dat is lang niet zo makkelijk als het klinkt. Er zijn daarom ook al veel zaken over geschreven.
Op de website van kpcgroep stonden enkele interessante PDF-bestanden waar je tips en tricks krijgt.

– Regie nemen voor je eigen leerproces

– Reflectie

– Leerstrategieën toepassen

– Samenwerkend leren

 

http://www.kpcgroep.nl

Uitbeeldprenten

Volgende prenten kan je gebruiken op verschillende manieren:
– 1 leerling trekt een kaartje en verwoord wat de andere moet doen
– 1 leerling trekt een kaartje en voert deze positie uit, de andere leerling bedenkt er een verhaal bij
– leerlingen maken een dansje,… maar moeten enkele poses vanop de kaartjes gebruiken
,…

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18

Creatief Schrijven: een Nieuwjaarsbrief

Hoe schrijf ik zelf een Nieuwjaarsbrief?
Aan de hand van dit werkblad kan je kinderen stimuleren om zelf tot ideeën te komen tot het schrijven van een Nieuwjaarsbrief.

Schermafbeelding 2015-11-29 om 13.37.29

Creatief schrijven – nieuwjaarsbrief

Wandel – wissel uit

1. De kinderen verspreiden zich en lopen rond.
2. De leerkracht roept: “Sta stil” en de kinderen stoppen met rondlopen. 3. De kinderen vormen tweetallen met diegene die het dicht bij staat.
4. De leerkracht stelt een vraag of geeft een opdracht.
5. De kinderen wisselen hun antwoord uit.

Geschikt voor:

1. Open vragen.
2. Informatie uitwisselen.

Binnencirkel-buitencirkel

1. De leerkracht vormt tweetallen. Binnen een tweetal is een leerling nummer 1 en de ander 2. De nummers 1 vormen een cirkel, als de cirkel er staat zoeken de nummers 2 hun partner op en gaan daar achter staan. De nummers 1 draaien zich om en kijken naar hun partner.
2. De leerkracht stelt een vraag. De buitencirkel geeft het antwoord en de binnencirkel luistert. Dan worden de rollen omgedraaid.

3. De partners geven elkaar een rechterhand en draaien de rechterschouders naar elkaar toe. Dan schuiven ze vijf plaatsen op. Elk kind die ze tegenkomen geven ze een high five en wordt er geteld.
4. Er worden nieuwe partners gevormd en een nieuwe vraag gesteld.

Legpuzzel

1. De leerstof wordt verdeeld in gelijkwaardige delen.

2. De kinderen worden verdeeld in heterogene groepen. (stamgroep)
3. Groepsvorming: kinderen bedenken een groepsnaam of groepslogo.
4. De leerkracht nummert de groepsleden van de stamgroepen. Alle nummers 1 gaan bij elkaar zitten etc. De leerkracht verdeelt de onderwerpen. Dit worden de expertgroepen.
Ze bestuderen de tekst, maken aantekeningen of een samenvatting.
5. Kinderen keren terug naar de stamgroep en vertellen om de beurt wat ze geleerd hebben in de expert-groep. Ze voegen de informatie bij elkaar en maken een groepswerkstuk.
6. Het groepsresultaat wordt geëvalueerd.